Wij maken gebruik van cookies. U vindt meer informatie in ons Privacy statement.

Levende Sloten In Beeld

Inhoudsopgave

Algemeen

  • Voer onderhoud uit buiten de voortplantingsperioden van vissen en amfibieën of de broedperiode voor vogels. Onderhoud in de voortplantingsperiode kan leiden tot vernielde en verlaten nesten van water- en moerasvogels;
  • Planten maaien in de bloei leveren geen voedsel voor insecten en geen zaad om de soort in stand te houden;
  • Bij baggeren en maaien in het voortplantingsseizoen sterven eieren en larven van waterdieren die niet of weinig mobiel zijn;
  • Gebruik materieel dat knipt (een maaikorf) en niet “trekt”, schoffelt of de planten stuk slaat. Een veegmes en klepel worden daarom afgeraden.

Tabel: toegestane en geadviseerde percentages waterplanten in sloot na onderhoud (voldoet aan Schouw)

Categorie Breedte oppervlaktewater
op de waterlijn
Toelaatbare begroeiing

Overig water

< 2 meter
(voorheen:  <3 m)

Begroeiing in het natprofiel niet toegestaan

Overig water

≥ 2 meter en <6 meter
(voorheen: ≥ 3 meter en <6 meter)

Begroeiing aan elke oever over 1/10 van de breedte van het
oppervlaktewater toegestaan

Overig water

≥ 6 meter

Begroeiing aan elke oever over 1/5 van de breedte van het
oppervlaktewater toegestaan, met een maximum van 6 meter
(voorheen 1/10 = 10%)

Op de website van Rijnland onder het kopje “regels op een rij” kunt u meer informatie vinden over natuurvriendelijke oevers, subsidies, schouw en het onderhoud van sloot en slootkanten. Meer informatie over de manier van uitvoering (conform de gedragscode Wet Natuurbescherming) is te vinden in het “onderhoudsplan voor het nat profiel” dat Rijnland voor het eigen onderhoudswerk ook gebruikt. Het Landbouwportaal Rijnland geeft een overzicht van maatregelen, een toelichting op deze maatregelen en eventuele subsidiemogelijkheden.